The future of the world is in my classroom today.

Hallo
Mijn naam is Zoë Vercouter, ik ben 19 jaar.
Ik ben tweedejaarsstudent lager onderwijs op de co-hogeschool Odisee. Ik heb voor deze studie gekozen omdat ik graag met kinderen werk en ik ze graag iets bijleer. Ik geef ook sinds vier jaar hockey training (4 tot 12 jarigen) en al is dat niet altijd even gemakkelijk, ik ga na iedere training met een voldaan gevoel naar huis. Dit heeft mij mede aangezet om deze studie te volgen.
Een goede leerkracht voor mij is een leerkracht die les wil geven uit passie en weet wat hem/haar te wachten staat. Ook is het een leerkracht die gedifferentieerd lesgeeft, creatief, geduldig en zorgend is. Een leerkracht die er is voor zijn/haar leerlingen en hen helpt bij moeilijkheden.
E-mailadres school E-mailadres
zoe.vercouter@student.odisee.be zoe.vercouter@gmail.com
Visie op goed onderwijs
Mijn visie op succesvol onderwijs
De lessen van Identiteit in diversiteit en onderwijskunde hebben mij dit jaar weer veel bijgeleerd over wat onderwijs is, wat er belangrijk is voor de leerlingen en wat er zich buiten de lessen nog allemaal afspeelt bij de kinderen (zowel thuis als in de groep).
Goed onderwijs voor mij is onderwijs op maat van de leerling. Ik vind het belangrijk dat alle kinderen (goed) onderwijs kunnen krijgen, dit op hun eigen niveau en ongeacht van hun thuissituatie. Iedereen moet gelijke kansen krijgen, deze kansen zien er niet voor iedereen hetzelfde uit maar zorgen er voor dat iedereen hun volle potentieel kan gebruiken. Voor sommige leerlingen zal dit meer uitdaging bij een bepaald vak betekenen terwijl andere leerlingen meer begeleiding kunnen gebruiken bij die nieuwe leerstof.
Ook heb ik meer geleerd over de diversiteit die zich in elke klas bevindt, dit zowel op economisch, cultureel, godsdienstig vlak als op vlak van interesses, ... . Ik wil de diversiteit in de klas leren ontdekken, verbreden en de leerlingen leren inzien dat deze diversiteit bestaat en de norm is in onze samenleving. Dat iedereen anders is, maar dat we allemaal ook gelijkenissen hebben op andere vlakken (leerlingen met een andere godsdienst, die goed wiskundig inzicht hebben). Dit kan volgens mij behaald worden door het creëren van een positieve klassfeer en door er expliciet en impliciet les over te geven.
Als leerkracht hebben we veel invloed op de leerlingen, door zelf het goede voorbeeld te geven en alle leerlingen dezelfde kansen te geven kan je hen zowel op sociaal als op schools vlak helpen.
Tijdens mijn stages heb ik ook kunnen ervaren dat huiswerk helemaal niet nodig is om tot goed leren te komen, mijn mentor uit het tweede leerjaar vond dat de leerlingen meer dan genoeg met school bezig waren doorheen de dag, ze kregen enkel werk (extra oefeningen) naar huis om een geplande toets voor te kunnen bereiden. Mijn mentor vond dat huiswerk ook veel van ouders verwachtte (bij de kinderen zitten en helpen) waardoor niet iedereen de hulp zou krijgen die hij/zij nodig had.
Mijn levensbeschouwelijke visie
Mijn eigen levensbeschouwing zal in mijn lessen te zien zijn, maar ik wil dat de leerlingen hun eigen pad nemen, onze levensbeschouwing verandert en verbreed doorheen ons leven, maar de basis wordt al van kleins af aan meegegeven en aangeleerd. Als leerkracht zijn we een rolmodel en onze eigen normen en waarden zullen de leerlingen inspireren en leren wat ze zelf belangrijk vinden, wij zijn er om hen te begeleiden in het vinden van hun persoonlijke zingeving.
Ik vind het heel belangrijk dat leerlingen respectvol omgaan met materiaal en elkaar, deze normen en waarden leren en begrijpen kan hen zowel op school als in hun verdere leven helpen in de omgang met anderen die niet hetzelfde denken of doen als wij zelf.
Behandel anderen zoals je zelf behandeld wil worden
Probeer jezelf in de ander te verplaatsen
Mijn visie versus de visie van mijn stageschool
Stageschool: GBS 't Mierken
Ik heb mijn laatste stage gelopen op de Gemeentelijke Basisschool 't Mierken. De visie van de school stellen zij voor in een gedichtje, ze vergelijken de zaken die ze op school belangrijk vinden met het leven van mieren.
Ha, die mieren, dat zijn pas knappe dieren. Hier lopen ze netjes in de rij. Al is er wel eens een dwarskop bij. Ze knippen in blaadjes en kruipen door gaatjes. Ze maken gangetjes in het zand. 't Is leuk daar in dat mierenland. Steeds maar bezig deze mieren. Zelfs af en toe een feestje vieren. Eén drukke bende, één gekke troep. Samen toch een grote, sterke groep. Toch is ieder miertje anders. Geen enkel is gelijk. Valt het je niet op dat de streken van de mieren heel erg lijken op onze schoolmanieren. (Visie. (2020, 5 juni).)
Ik sluit me aan bij het grootste deel van hun visie. Het belangrijkste is dat iedereen uniek is, maar dat iedereen samen toch tot 1 grote groep behoort. Hier kan ik me helemaal in vinden, ik vind het heel belangrijk dat iedereen zich thuis kan voelen in de klas en op school, dat iedereen zichzelf kan zijn, steeds anders op zijn eigen ManIER. Het is belangrijk dat er op school gewerkt wordt om te blijven leren, hiernaast is af en toe een feestje ook belangrijk.
Wat ik wel jammer vind is dat leerlingen ook gezien kunnen worden als dwarskoppen. Hier ben ik het niet echt mee eens, als leerkracht zullen we geregeld leerlingen tegenkomen die moeite hebben met bepaalde zaken, het is onze taak om er achter te komen waarom een leerling bepaald gedrag vertoond en hen hiermee helpen in de plaats van hen het etiket van "dwarskop" te geven. Ik vind het zelf heel belangrijk om iedereen een kans te geven om zich uit te drukken en te kunnen zeggen wat er aan de hand is en wat er al dan niet anders moet om tot beter leren te kunnen komen.
Bronnen visie op onderwijs
Visie. (2020, 5 juni). GBS 't Mierken. https://www.tmierken.be/visie/
Van Parys, A. (z.d.). Leerpad armoede. Leerpad armoede (smartschool). Geraadpleegd op 17 juni 2021, van https://ocb.smartschool.be/login
Leervragen
Vorig jaar heb ik heel wat geleerd over onderwijs en goed lesgeven.
Dit zijn de leervragen die ik tot nu toe heb en de dingen waar ik in de nabije toekomst tijdens mijn stages zeker aan wil werken.
Leerinhouden formuleren : Tijdens mijn beide stages vorig jaar heb ik niet al te beste punten gekregen rond het formuleren van mijn leerinhouden. Ik wil hier zeker aan werken aangezien dit een heel belangrijk deel is van een lesvoorbereiding, de manieren waarop ik hier aan wil werken zijn door meer te oefenen en tijdens het maken van nieuwe lessen ook naar feedback te vragen, dit aan medestudenten of aan de docenten.
Uiteenzetting geven : Ik heb ook gemerkt dat ik vaak niet zo goed uit mijn woorden kan komen tijdens het geven van een uitleg of instructie, ik moet vaak nadenken over wat ik wil zeggen om het zo vlot mogelijk over te brengen. Hier wil ik aan werken door mijn hele uiteenzettingen ook eens volledig neer te schrijven en ze voor te zeggen voor de spiegel, ik moet de uiteenzetting natuurlijk niet vanbuiten leren maar ik moet wel weten waar ik het over heb om hier steeds beter in te worden en dit minder als een probleem te ervaren.
Plannen : Een ander punt waar ik het buiten de klas moeilijk mee heb is het plannen van al het werk, ik doe er langer dan gemiddeld over om een les te maken en door dit slecht in te plannen kom ik op het eind (aan het begin van een stage) in tijdnood te zitten. Hier wil ik zeker aan werken omdat het plannen van schoolwerk en stage heel belangrijk wordt verder in de opleiding. Ik wil hier aan werken door mezelf meerdere deadlines te geven en door een lijst te maken met al het werk dat ik nog moet doen, als ik dit in kleinere brokken opschrijf kan ik duidelijk zien wat nog gedaan moet worden en kan ik overal op tijd aan beginnen.
Tijdmanagement : Als laatste had ik bij een paar lessen een probleem met mijn tijdsmanagement, ik moet me meer aan mijn vooraf opgelegde tijden houden en bij problemen sneller toegeven dat het de verkeerde kant op loopt. Zo kan ik de les op het eind nog redden en de leerlingen zoveel mogelijk mogelijkheden geven om te leren.
Werkpunten
Alles wat voorafgaat aan het eigenlijke lesgeven moet beter. Mijn voorbereidingen waren niet in orde en niet op tijd klaar. Ik moet werken aan mijn plannen om alles in de toekomst wel af te krijgen. Ik moet meer knopen doorhakken bij het maken van mijn voorbereidingen en beginnen met eerst voor elke les een grote lijn klaar te hebben voordat ik overga op de details van de les.
Voor de volgende stages moet ik een planning maken en deze ook volgen om zo wel op tijd met alles klaar te geraken.
Wat gaat al goed
Mijn stage op vlak van voorbereiding was geen groot succes, maar iets dat mij wel goed gelukt is in de week is de klas onder controle houden en ze mee laten doen tijdens de les. Tijdens de observatiedagen had ik al gemerkt dat de klas heel goed mee deed tijdens de lessen en dat het echt een leuke klas was, maar als andere leerkracht weet je nooit hoe ze met jou gaan reageren. Buiten een les die niet duidelijk genoeg uitgewerkt was hebben ze steeds goed meegedaan.
Ik vind dat ik ook gevorderd ben in uiteenzettingen geven, ik moet er nog steeds aan blijven werken maar ik kom steeds beter uit mijn woorden voor de klas.